Volgens haar inwoners is het de allermooiste stad van de wereld: Sevilla. Het levenslustige Sevilla herbergt dan ook het grootste historisch centrum van Europa met een duizelingwekkend aantal kerken, kloosters, paleizen en pleinen. Dat is niet anders voor het aanbod tapasbars, restaurants en winkeltjes. Even uitblazen kan in het sierlijke Parque de María Luise met haar iconische Plaza de España. En als de avond valt kun je je overgeven aan het eindeloze nachtleven en de in Sevilla sterk verankerde flamenco. Het traditionele Sevilla biedt Spanje in de overtreffende trap.
Volgens de legende werd Sevilla gesticht door de Griekse held Hercúles. Feit is dat de stad een zeer lange en boeiende geschiedenis kent waarin Grieken, Feniciërs, Carthagers, Romeinen en Moren hun sporen achterlieten. De laatste groep veroverde de stad in 712. Sevilla zou zich in de Moorse periode ontwikkelen tot een van de belangrijkste steden van het rijk Al-Andalus. In de tijd van de Almohaden, eind 12e eeuw, werd de Giralda gebouwd, toentertijd de hoogste minaret ter wereld. In 1248 kwam Sevilla weer in christelijke handen onder leiding van de katholieke koning Ferdinand III. Sevilla beleefde zijn Gouden Eeuw na de ontdekking van Amerika door Columbus in 1492. Sevilla verkreeg niet alleen het handelsmonopolie op de Nieuwe Wereld maar zou ook uitgroeien tot een van de rijkste steden van Europa. Wie meer wil weten van het koloniale Sevilla kan zich uitleven in het Achivo General de Indias aan de Plaza del Triunfo. In dit archiefgebouw liggen ontelbare documenten opgeslagen over de kolonisatie van Amerika, waaronder ook een sollicitatiebrief van Miguel Cervantes die een gooi deed naar een post in de Nieuwe Wereld. Om meer te weten te komen over het oude Sevilla uit de 18e eeuw is 'Koningin op Blote Voeten' van ldefonso Falcones een aanrader. Deze historische roman vertelt op zinderende wijze over Sevilla en het het kleurrijke zigeunerleven van de zigeunerwijk Triana.
Sevilla kent vele troeven en legendes. Wie heeft niet gehoord van de sensuele Carmen en de gelijknamige opera van de Fransman George Bizet? De opera werd geïnspireerd op de sigarenrolsters van de oude tabaksfabriek. Real Fábrica de Tabacos was de eerste tabaksfabriek in Europa en ontwikkelde zich in de 19e eeuw tot de grootste werkgever van Spanje. Inmiddels onderdeel van de universiteit is de Koninklijke Tabaksfabriek van Sevilla na het Escorial het grootste gebouw van Spanje. Al net zo tot de verbeelding spreekt het wereldberoemde personage Don Juan. De Sevillaanse vrouwenversierder duikt reeds begin 17e eeuw voor het eerst op in de Spaanse literatuur en als theaterstuk: El Burlador de Sevilla. Ook tapas horen onlosmakelijk bij Sevilla. Hoewel je ze in heel Andalusië en Spanje vindt, blinkt Sevilla uit in het aantal tapasbars. En dan is er natuurlijk ook nog de flamenco. Als bekendste flamencostad van Spanje ademt het broeierige Sevilla een en al flamenco. Sevilla's eigen flamencovariant is de sevillana, te typeren als een luchtige en toegankelijke flamencovariant. Van commerciële voorstellingen tot intieme, besloten voorstellingen, flamenco kan in Sevilla volop beleefd worden. En of dat allemaal nog niet genoeg is, is Sevilla ook de onbetwiste nummer één als het gaat om beroemde fiestas. Iedereen kent wel de Semana Santa vieringen tijdens de Goede Week en het uitbundige lentefeest Feria de Abril.
Waar je letterlijk en figuurlijk niet omheen kunt in Sevilla is haar kathedraal. Een handig referentiepunt, want je zou niet de eerste zijn die verdwaalt in het labyrint van steegjes van de wijk Santa Cruz. Als grootste gotische kathedraal ter wereld ben je er met gemak een halve dag zoet. De Giralda is hét symbool van Sevilla. De van oorsprong Moorse minaret die na de christelijke herovering als klokkentoren werd geïntegreerd in de kathedraal. Best een pittige klim overigens, maar een beklimming hoort simpelweg bij een eerste bezoek aan Sevilla. De pracht en praal van de buitenkant vinden we ook volop in de kerk. Zoals het altaar die geldt als de weelderigste van Spanje en dat zegt wel wat. Of bezoek het graf van de wereldberoemde ontdekkingsreiziger Columbus.
Het toeristische maar nooit te versmaden Barrio de Santa Cruz vinden we ten oosten van de kathedraal, de mooiste wijk van Sevilla. Deze middeleeuwse en van oorsprong joodse wijk straalt een en al Andalusische warmte, elegantie en gezelligheid uit. Santa Cruz dat deel uitmaakt van het district Casco Antiguo is één groot doolfhof van elegante patios en smalle straatjes. Hoewel de winkels, restaurants en tapasbars van Santa Cruz commerciëler zijn dan elders in de stad zijn er toch genoeg mooie adresjes te vinden. Een daarvan is het instituut Bodega de Santa Cruz dat zich bevindt op een steenworp afstand van de kathedraal. In deze klassieke tapasbar is het de hele dag een komen en gaan van bezoekers. De onverstoorbare barmannen tekenen onverstoorbaar hun bestellingen op traditionele wijze met krijt op de bar.
In de omgeving ten zuiden van de kathedraal vinden we een ander groots monument: het Alcázar. Dit paleizencomplex waar eeuwenlang de heersers van Sevilla zetelden, kent voortreffelijke mudéjar architectuur. De mooie koepels, de gedetailleerde wandtegels en de sierlijke tuinen met sinaasappels zijn niet alleen een streling voor het oog, ze maken dat je je waant in een sprookjeswereld.
Ten zuiden van de kathedraal liggen nog een grote toeristentrekpleisters die bij een eerste bezoek aan Sevilla niet mogen ontbreken. Daartoe behoort een vijfsterrenhotel uit 1928 en één van de duurste hotels van Spanje: Hotel Alfonso XIII. Trek je stoute schoenen aan en drink binnen een cocktail in de chique bar en wie weet loop je wel een celebrity tegen het lijf. De tweede niet te missen stop is de charmante universiteit, een voormalige tabaksfabriek, beroemd om Carmen. Hier stap je binnen om de Sevillaanse universiteitssfeer op te snuiven dan wel een vleugje tabak van de voormalige tabaksfabriek. Maar de hoofdattractie vinden we nog niets verder zuidelijker: Parque María Luisa. Niet zo maar een park maar het aantrekkelijkste stadspark van Spanje! Met zijn exotische planten, fijne tuinen en bankjes met azulejos streelt dit weelderige stadspark al je zintuigen. In iconische stadspark bevindt zich ook het in meerdere opzichten grootse Plaza de España. Het maanvormige plein met haar ontelbare zuilen, bogen en azulejos fungeerde niet geheel toevallig als filmdecor voor verschillende grote films waaronder Star Wars. Pak na deze toeristische superattractie een drankje in een paviljoen in het park en je hebt het Sevilla gevoel helemaal te pakken!
Als we vanaf het kathedraalplein via de aantrekkelijke flaneerpromenade Avenidada de la Constitución in noordelijke richting gaan dan arriveren we in een gebied dat eveneens deel uitmaakt van Casco Antiguo, maar een stuk minder toeristisch is dan Santa Cruz. Je kunt er ook veel bezienswaardigheden verwachten en betere tapasbars waar nog tegen lokale prijzen genoten kan worden van al het lekkers van Sevilla. Vroeg of laat loop je in dit gebied aan tegen Plaza de Encarnación, een plein in het winkelhart van Sevilla. Hier prijkt een relatief nieuwe toeristische attractie van formaat: Metropol Parasol. Deze opmerkelijke en ultramoderne houten parasol van de Duitser Jürgen Mayer verwacht je niet direct in het zo traditionele Sevilla. Horecaplekken, winkels, een ondergrondse parkeerplaats en archeologische vondsten maken allemaal deel uit van het inmiddels multifunctionele gebouw dat van de Sevillanen de bijnaam Las Setas (champignons) heeft gekregen. Neem zeker een kijkje boven waar spectaculaire wandelpaden schitterend uitkijken op de stad. Een andere grote bezienswaardigheid in Zona Norte vormt Casa de Pilatos, een van de prominentste paleizen van Sevilla. Uitgerust met een schitterende patio fungeerde ook Casa de Pilatos vaak als filmdecor. Verder zijn er vele interessante kerken te vinden in dit noordelijk deel van Sevilla, zoals Iglesia de Santa Marina, een 13e eeuwse kerk in een unieke gotische-mudéjarstijl. Maar het zou zonde zijn als je niet de culinaire attracties van Zona Norte meeneemt bij je verkenning. Om op je lijstje te zetten: de sfeervolle en goed aangeschreven Bar Alfalfa en het historische El Rinconcillo (sinds 1670!), de oudste bar van Sevilla.
In het roemruchte verleden van Sevilla bevonden zich in de wijk El Arenal de scheepswerven en wapenarsenalen. Een icoon van Sevilla is de aan de rivier gelegen 13e eeuwse Torre del Oro die eeuwenlang toezicht hield op het scheepsverkeer. Maar de twaalfhoekige vestingtoren fungeerde ook als uitlaadplaats voor de talrijke schatten uit de Nieuwe Wereld en tal van andere functies. In het Moorse tijdperk stond de toren met een muur nog in verbinding met het landinwaarts gelegen Alcázar. In noordwestelijke richting vinden we een ander instituut: Plaza de Toros de la Maestranza. Nergens is stierenvechten zo populair als in Sevilla en de mooiste arena van Spanje ontvangt dan ook grote stromen aficionados en toeristen. Ook voor wie geen liefhebber van de corridas is, is de fraaie barokke gevel het bekijken waard. Voor andere cultuur zet je koers naar hét theater en operahuis van Sevilla: Teatro de la Maestranza. Landinwaarts, niet ver van het theater, bevindt zich Hospital de la Caridad waar een goede anekdote aan verbonden is. Dit voormalige opvanghuis voor behoeftige ouderen werd gesticht door Miguel de Mañara, naar verluid de inspiratie voor de mythische Don Juan. Na de zoveelste wilde nacht kreeg hij een visioen en van het een kwam het ander. Ook Atarazanas de Reales mag niet onvermeld blijven, al is het maar omdat deze gewelfde ruimte een Games of Thrones locatie is. Naast al die bezienswaardigheden heeft El Arenal ook moderne bars, betere restaurants en clubs in petto.
De Río Guadalquivir verdeelt Sevilla in twee stukken en wie voldoende tijd heeft of Sevilla al eerder heeft bezocht doet er goed aan om ook aan de overkant een kijkje. Het roemruchte Triana met zijn zigeuners en zeelui vinden we tussen de twee bruggen San Telmo en Isabel II. De van oudsher zigeuner- en zeemanswijk van Sevilla is met haar kleurrijke huisjes al van ver zichtbaar. En het is juist hier in de Calle Betis waar je vanaf het terras in een eersteklasuitzicht op de Guadalquivier en het centrum hebt. En in de late uurtjes zijn de kolkende flamencobars van Triana een ware attractie. Naast flamenco staat Triana bekend om haar keramiek. Wie een fijn souvenir op de kop wil tikken gaat naar de Calle San Jorge waar betere azulejozaken zijn te vinden. Wie de smaak te pakken heeft, bezoekt ook nog Centro Cerámica Triana dat volledig gewijd is aan keramiek.
Via de Pasarela de Cartuja staan we ook vrij snel bij Isla de la Cartuja. Dit eiland in de Guadalquivier is vernoemd naar een kartuizerklooster waar ook Columbus zou wonen en zijn reizen plande. In Monasterio de Santa María de las Cuevas woonden kartuizermonniken die opdracht gaven tot enkele van de mooiste werken van de School van Sevilla. Tegenwoordig herbergt het klooster dat gekozen werd voor de Expo'92 een goed aanschreven museum met hedendaagse kunst: Museo de Arte Contemporaneo. Let ook op het bijzondere kunstwerk in de muur en een klein maar fijn groengebied in de directe omgeving. Als we nog verder noordelijk opschuiven via een groot bedrijvenpark dan komen we uit bij Isla Mágica. Gebaseerd op het 16e eeuwse koloniale Spanje is dit amusementenpark met achtbanen en waterattacties een populair kinderuitje. Als we dan nog verder noordelijk opschuiven dan komen we ter hoogte van de Amarillobrug (een mini Erasmusbrug) terecht bij het geïsoleerde Alamillopark. In dit uiterste stukje Sevilla, goed voor 120 ha, kun je de hectiek van de grote stad even helemaal achter je laten.